De voorbereiding van een zitting begint volgens Bert de Hek minimaal veertien dagen van tevoren. De wettelijke termijn voor het indienen van stukken ter voorbereiding op de zitting is immers tien dagen, “maar maak er maar veertien van, want soms kun je wel vier dagen nodig hebben om stukken bijvoorbeeld op te vragen. Heeft de wederpartij zich daar niet helemaal aan gehouden, wees dan soepel want het is ook geen ‘hard and fast rule’. Dient iemand twee dagen voor de zitting een stuk in dat je net zo snel hebt doorgrond als een gemiddeld Nijntje-boek, dan zet je jezelf voor gek wanneer je daar bezwaar tegen maakt.” Een goede voorbereiding houdt volgens De Hek ook in dat je weet wat er in je eigen stukken staat, ook al zijn delen daarvan door een kantoorgenoot geschreven, en dat je goed overweegt wie je naar de zitting meeneemt.

Toxische sfeer

Over de zitting zelf merkte De Hek op, dat er vaak een ‘toxische’ sfeer is “en daar worden wij niet bang van, maar we vinden het wel vervelend”, zo zei hij. “Advocaten dragen daaraan bij, vaak meer dan hun cliënten, door een geweldige hekel aan de wederpartij te hebben. Soms doen ze alsof de whiplash van hun cliënt door de advocaat van de verzekeraar is veroorzaakt!” De zitting begint met een toelichting door beide partijen, meestal van tien minuten, “en ik kan u zeggen dat dat best veel is”, zei Bert de Hek. Hij adviseerde kernachtig te zijn, je te concentreren op je eigen verhaal en niet zozeer op dat van de ander te reageren. “Met een eigen verhaal komen, is veel sterker”, zei hij. Hij adviseerde ook spreeknoties te gebruiken “en let op je taal! Zie je drie rechters op rij allemaal tegelijk iets noteren, dan vervangen ze waarschijnlijk een d door een t.”

Vragen recenseren

Over het stellen van vragen zei De Hek het irritant te vinden wanneer hij een cliënt iets vraagt en van de advocaat een antwoord krijgt. “Niet doen! Vragen recenseren, ook niet doen! Wanneer een advocaat zegt: ik zie de relevantie van deze vraag niet, dan denk ik: dat is juist je probleem!” Over lastige vragen zei De Hek dat de advocaat die als een uitdaging moet zien. “Grijp je kans! Wanneer de rechter zeker was van de zaak, zou hij geen lastige vragen stellen.” Tot slot kwam hij nog over het schikken te spreken. “Een vraag die vaak bij opkomt, zeker als schikken heel gemakkelijk is: had je dat nou niet veel eerder kunnen doen?!”

Goed zitten – Bert de Hek, senior raadsheer bij gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, besprak op het LSA Symposion wat hij daaronder verstaat. Wat zijn vanuit het perspectief van de rechter tijdens een zitting de do’s and dont’s voor advocaten in letselschadezaken? De Hek behandelde de voorbereiding van de zitting en de toelichting, de vragen en het schikken tijdens de zitting.